Versjes

Kabouters in reuzenland

Met de kabouters in reuzenland
is heel wat aan de hand.
ze mokken en moelen,
ze janken en joelen,
ze grienen en gieren,
ze treuren en tieren,
ze kermen en kreunen,
ze snikken en steunen
aan één stuk maar door,
in één groot kabouterkoor.

Wat is er dan aan de hand
met die kabouters in reuzenland?
Ze strompelen en struikelen,
ze duvelen en duikelen,
ze hangen en haken,
ze kreuken en kraken,
ze trekken en trijsen,
ze hannesen en hijsen
aan één stuk maar door.
En da's heus geen pretje, hoor!

Hoe komt die trammelant
met de kabouters in reuzenland?
De broek is te groot,
het bloesje te bloot,
de trui te royaal,
de jas kolossaal,
en de laarzen te breed.
Zo gaan zij gekleed
door het reuzenland:
vallend aan de lopende band!

<< Vorige - Volgende >>